Een paar dagen geleden was ik bij de uitreiking van de Winq Diversity Awards. Het was een regelrechte viering van diversiteit en inclusiviteit. Het magazine, dat zich voorheen vooral richtte op homomannen reikte een scala aan prijzen uit, waarbij het opviel dat slechts twee homomannen er met een beeldje van doorgingen, terwijl de zaal ermee vol leek te zitten. De kast waar de homo’s vroeger in zaten, is steeds voller geworden. Met meer kleuren, genderidentiteiten en seksualiteiten dan de regenboog kan bevatten. En als mij 1 ding duidelijk werd deze avond, mede dankzij een aantal van de dankwoorden van de winnaars, dan was het wel dat dit niet ok is!

Voordat je denk dat dit een grote klaagzang is van een witte homoman van boven de 40: lees gerust verder dan je vooroordeel lang is.

Winnaars Winq Diversity Awards 2023

Cis queer vrouw Lotte van Eijk en haar trans man Deen Groothuizen wonnen de inspiration award, intersekse boegbeeld Raven van Dorst ging er vandoor met de media award, trans vrouw en queer Alejandra Ortiz won de community award en de lesbische Gracie Brendah Nanyunja uit Oeganda won de international activist award. Die laatste kreeg vanwege haar werk, opgewekte persoonlijkheid en sprankelende verschijning samen met haar vriendin een minutenlange staande ovatie.

De twee homomannen die met een gezamenlijke prijs naar huis gingen, waren Pete Wu & Char Li Chung. Ze wonnen voor het boek en de voorstelling De Bananengeneratie de culture award. Volgens de beklemmende definities van ‘wit’ zou je kunnen stellen dat niet één witte homoman een prijs won. Een witte hetero cis man dan weer wel: Arjen Lubach won de ally award. De groep winnaars leek bijna een politiek correcte afspiegeling, zoals elke diversiteitscommissie ‘m graag ziet. En het was niet opgevallen als de zaal niet vooral had bestaan uit de haast klassieke homomannen.

Bij binnenkomst was het me al opgevallen; het voelde haast vertrouwd. Zoveel mannen, keurig gekleed en goed geparfumeerd. Er werd gelachen en gekwebbeld. Geflirt en herkend van Grindr. Gezwaaid naar de andere kant van de zaal, terwijl met gesloten lippen een roddel werd gelispeld. Eigenlijk was dit het publiek dat je een paar jaar geleden tegenkwam in een gaybar. Je weet wel, ontmoetingsplekken voor homomannen die je tegenwoordig safe spaces moet noemen.

Gay bar / safe space / ‘lgbtq experience’

Als je in de kast zat, en je de moed had verzameld om zo’n bar, sauna of club binnen te stappen, dan ging er een wereld voor je open. Eindelijk zag je mannen zoals jij, die op zoek waren naar een gelijkgestemde. Iemand om mee te praten, te flirten of mee de koffer in te duiken. Transvrouwen en travestieten kwamen er ook, maar waren doorgaans de paradijsvogels in het homoparadijs. De lesbische vrouwen hadden hun eigen territoria. En dan had je het wel zo’n beetje gehad.

Van die homo-ontmoetingsplekken zijn er steeds minder. Datingapps en corona zorgden ervoor dat het aantal gaybars, gay sauna’s en gay cruising clubs wereldwijd drastisch verminderde. Het zou dan logischerwijs vanzelf drukker worden in de overgebleven gaybars. Dat werd het ook, maar die drukte zag er anders uit dan in menig natte droom.

Want tegelijkertijd werd de regenboogcommunity steeds groter. De holebi-beweging werd lhbti. De travestieten kregen de drag queens erbij als nieuwe knappere zusje. De ho, le, bi werden vergezeld van de non-binaire identiteiten. Of waren dat de seksualiteiten? De pansexuelen kregen ook een vlag en inmiddels is de LGBTQ+-familie zo groot dat het aantal vermicelli-letters in de alfabetsoep een goed gevulde caloriebom is geworden. Steeds meer minderheden komen uit de kast en duiken daarna direct in het nachtkastje van het lgbtq-uitgaansleven.

Ik moet heel eerlijk bekennen dat ik me daardoor de laatste tijd steeds minder thuis voelde in wat voorheen een gaybar was, simpelweg omdat ik er steeds minder homomannen tegenkwam. Mijn vertrouwde safe space werd een ontmoetingsplek van alle nachtvlinders die door hetero’s als motten werd gezien.

En hoewel we allemaal onze strijd hebben moeten leveren om te komen waar we nu zijn, is het soms gewoon fijn om zorgeloos te kunnen dansen op een gay anthem. Of te flirten met een andere man, zonder dat je je moet afvragen of het een man is, die misschien niet langer lesbische vrouw is, die eigenlijk geen label meer wil en dan uiteindelijk ook niet eens blijkt te kunnen dansen. Maar die situaties kun je nauwelijks nog ontwijken als je vertrouwde gaybar ineens een ‘LGBTQ+experience‘ is geworden.

Het is dus nogal druk aan het worden in de kast. En vooral omdat dus steeds meer mensen zichzelf willen zijn en zich daardoor niet meer veilig voelen op al die andere plekken.

Eindelijk voelde ik me onderdeel van iets groters dat de gay community

Terug naar de uitreiking van de Winq Diversity Awards. Het was een fantastische avond, met tussen alle lovende worden en bedankjes ook prachtige optredens. Maar als er een ding is, wat die avond voor mij onvergetelijk maakte, dan was het wel de transformatie van nachtvlinder tot wakkere dagpauwoog.

Gracie Brendah Nanyunja, een zwarte lesbische vrouw uit Oeganda in een rolstoel, zat voor ons op het podium en drukte ons met onze neus op de feiten: we moeten verdomd blij zijn met wat we hier hebben aan vrijheid om onszelf te zijn. Haar grootste geluksmoment, ik krijg er weer tranen van in mijn ogen, was dat ze hier haar vriendin op straat een kus kon geven.

En Lotte maakte me duidelijk dat je als partner van vrouw naar man transformeert, dat eigenlijk alles mogelijk moet zijn. En dat je daar keihard van mag genieten.

Maar het was de Rotterdamse Raven van Dorst die het activisme weer in me aanwakkerde. Die dacht ook dat onze strijd gestreden was omdat we op straat posters zien hangen voor apps waarmee je kunt daten met alles en iedereen. Totdat die op een middelbare school kwam en ontdekte dat jonge mensen nog steeds worden gepest en gekwetst om wie ze zijn. Raven riep op om met elkaar juist nú zichtbaar te zijn en blijven, zodat wij de jongere generatie vooruit kunnen helpen.

Ik voelde hoe ik veranderde. Ik was binnengekomen in een theater gevuld met homo’s uit de gaybar. Ik keek wat beter om me heen. De paradijsvogels van weleer waren geen eenlingen. Ze zaten links en rechts in de zaal. Vooraan, achteraan, op de grote vloer tot bovenin de nok. Ik stapte langzaam uit mijn eigen hokje van homomannen. Hier, op deze avond, voelde ik me voor het eerst echt onderdeel van de LGBTQ+community.

Het is steeds drukker in de kast. De safe spaces barsten uit hun voegen. Het kraak en het piept. En het is niet ok!!!! We moeten méér ruimte opeisen. We moeten onszelf durven zijn waar dan ook. Zodat niemand hoeft te zoeken of te vluchten naar die veilige plek om zichzelf te zijn.